Willyberger.reismee.nl

Halfweg


Gisteren, 14 November zijn we, na een beetje een rotdag, aangekomen in Jinja, Oeganda, aan de bronnen van de Witte Nijl. Helemaal in het begin van de reis hebben we Bahir Dar bezocht met Lake Tana en de Watervallen van de Blauwe Nijl. Ze vloeien samen in Karthoum, Soedan. Een land dat in de Amerikaanse top 10 van staat van landen die het terrorisme sponseren. Dit soort landen stata niet direct in de top van mijn prioriteiten lijstje van te bezoeken landen. Ik wacht wel even tot ik een Deens paspoort heb om Soedan of andere door radicale moslims bestuurde landen te bezoeken. Dan moeten ze natuurlijk wel eerst de boycot tegen Lego staken. (Zie het betreffende filmpje op U-tube) (Hier de link : http://www.youtube.com/watch?v=YcqsfH7-dao)


Maar zoals gewoonlijk dwaal ik af. Gisteren dus Oeganda bereikt, na Ethiopië en Kenia het derde land in Afrika. Tanzania, Zambia, een héél klein stukje Namibië, Botswana en Zuid-Afrika volgen hopelijk nog. In tijd zijn we halfweg in Afrika. We zijn op 4 oktober vertrokken en op 27 december vlieg ik van Johannesburg naar Bangkok. Al naargelang je de start/einddagen wel/niet/half meetelt 83-85 dagen. Gisteren was dag 42, dus vandaag zijn we halfweg. Zoals de mensen uit het onderwijs kunnen beamen, eens halfweg gaat het snel.


Gisteren was een beetje een rotdag. Zowel de laatste etappe in Ethiopië als de laatste etappe in Kenia werden we in het ootje genomen. De personen die we tegenkwamen waren nogal onbetrouwbaar, meestal heb ik daar een goede neus voor, in Konso, Ethiopië nam onze gids, die ons aangeraden was door 2 Spaanse toeristen, vrolijk overal een commissie van zo'n 100%. Nu, dat kosste wat geld, maar we verloren er niet te veel tijd door. Kenia zat om andere redenen tegen. De minibusjes vertrekken hier als ze vol zijn (14 passagiers + chauffeur in een standaard Toyota minibusje.) Als je dan geluk hebt stoppen ze onderweg niet meer om nog meer passagiers bij te laden. Het maximum dat ik geteld heb was 21 passagiers, chauffeur en kaartjesverkoper in een minibusje. En dan hadden wij nog, zoals gewoonlijk 3 stoelen betaald, 1 voor mij, 1 voor Fred, en 1 voor onze 2 rugzakken.

Het probleem met de minibusjes is dus dat ze pas vertrekken als ze vol zijn. Meestal 45 minuten tot 1 uur wachten. Gisteren waren we, wegens een lange dag, reeds voor 7 uur 's ochtends bij de minibusstand. Zoals nog 5 andere passagiers. Om 8.35 ten slotte waren er genoeg mensen (14) om te vertrekken. Dan moeten ze nog gaan tanken, hebben ze meestal op voorhand niet aan gedacht of geen geld voor. Bij de 1ste benzinepomp bleken ze alleen nog diesel te hebben. Bij de volgende 3 ook. De Afrikanen zetten dan geen bordje langs de weg met “benzine uitverkocht, alleen nog Diesel”. Neen, ze laten je eerst tot bij de pomp rijden, de assistenten (zelfbediening bestaat hier nog niet) laten de auto netjes voorrijden, de chauffeur uitstappen om hem dan te vertellen dat de benzine op is. Ik vreesde al dat we, als we toch een pomp vonden met benzine die al in de verte te herkennen zou zijn aan de ellenlange wachtrijen. Maar hoewel bij de 5de pomp niemand stond aan te schuiven hadden ze toch benzine. Je zou verwachten dat de chauffeur dan de bak volgooit, “Just in case” maar neen hoor, 18,45 liter, juist genoeg voor de rit.


Dat was al een slecht voorteken want de minibus operator had ons tickets verkocht tot aan de grens in Malaba met de stellige verzekering dat de minibus tot daar zou verder rijden. 18 liter was slechts genoeg tot de volgende grote stad, Eldoret. Na dus 1 uur later dan gehoopt vertrokken te zijn (na 09.00 uur) betekende dit dus in het beste geval in Eldoret in het zelfde minibusje wachten tot de passagier die daar uitstapten (waarschijnlijk iedereen behalve wij 2) vervangen waren door andere passagiers, in het slechtste geval daar overstappen in een ander minibusje. Het werd dus nog slechter dan het slechtste geval, het bleek dat de operator in Nakuru waar we opgestapt waren ons in Eldoret gewoon doorverkocht aan een andere operator om ons verder te brengen. Vanzelfsprekend aan de goedkoopste, die dus ook niet tot Malaba ging. Om een lang verhaal kort te maken. We zijn nog 3 keer moeten overstappen elke keer met vrij veel tijdsverlies. Bovendien waren het “omnibusjes” die te pas en te onpas onderweg stopten om passagiers bij te laden (20 personen in een minibus wil niet zeggen dat je niet stopt om er nog bij te laden.) De laatste overstap zaten er nog helemaal geen passagiers in het wachtende busje en wegens al 2 uur verloren onderweg hebben we daar noodgedwongen al de resterende plaatsen opgekocht om toch maar te kunnen vertrekken. Rond 16.30 ipv 13.30-14.00 waren we dan ten slotte aan de grens. Er stond niemand aan te schuiven bij de immigratie. Tegen dat we ons inreis kaart hadden ingevuld stond er plots een rij van 10 wachtenden voor ons. Gelukkig voor het grootste deel Oegandezen, die krijgen 2 stempels op hun papier en zijn binnen de minuut geholpen. Om 17.20 hadden we dan eindelijk en minibusje naar Jinja, 185 km en 2 ½ uur verder. Het was ruim 20.30 eer we aan het hotel aankwamen. Gelukkig had de goede man mijn reservatie aangehouden en was er nog plaats voor ons. Maar al bij al niet zo'n goede dag dus.


Ondertussen hebben we dus Ethiopië en Kenia achter ons gelaten. Twee Afrikaanse landen in volle ontwikkeling. Er zijn wel grote verschillen. In Ethiopië tussen het Noorden en het Centrum/Zuiden. Het Noorden is overwegend Ethiopisch (koptisch) christen met toch wel in elk dorp een moslim minderheid. Het Noorden is ook armer dan het overwegend Islamistische Zuiden.

De dominante stammen in het Noorden zijn de Amharic die de Amharische taal en alfabet tot Nationale eenheidstaal hebben doorgedrukt. In het Uiterste Noorden vind je dan de Tigray, Zenawi, de enkele maanden geleden gestorven 'democratische' leider was een Tigray. In het Zuiden zijn de Oromo dominant. Zij zijn in grote mate moslim en schrijven bij voorkeur met het Latijnse alfabet al zijn de meeste opschriften in Amharic en latijnse letters. Het Zuiden is welvarender, je ziet er (vooral Indische Bajaj) veel meer motorfietsen, auto's nieuwbouw, ook in de kleinere stadjes en grote dorpen. Het centrum en het Westen zijn dan erg welvarend. Het Oosten, met vooral Somalische mosliminvloeden en het Zuidwesten, de Omovallei met zijn zeer kleurrijke fotogenieke stammen die ondertussen gedegenereerd zijn tot een toeristenkermis heb ik niet bezocht.


In Kenia is het Noorden straatarm, je hebt er vooral Nomadische pastoralisten, velen leven nog in afbreekbare hutten van takken en lompen. Al is arm natuurlijk relatief als de prijs van 1 grote stier +/- 450 € bedraagt. Het centrum en het Westen zijn de vruchtbare hooglanden en veel welvarender.


Maar de grootste verschillen zijn cultureel. Ethiopië heeft een millenia oude culturele erfenis. Dat uit zich niet alleen in historische kerken en burchten maar vooral in een culinaire traditie. Koffie is een Ethiopische uitvinding. Je hebt de traditionele Ethiopische koffieceremonie waar de bonen voor je ogen en neus gebrand wordt, vervolgens fijngestampt in een pot gedaan en dan kokend water toevoegen en laten trekken. De Ethiopiërs hebben zich in 1896 met succes tegen de Italianen verdedigd. In 1936 moesten zij het onderspit delven tegen Mussolini maar na goed 5 jaar werden de Italianen er met een beetje hulp van de Engelsen en de “Koloniale” Belgen uit de Kongo voorgoed uitgeborsteld. Dat heeft de Ethiopiërs echter niet belet om een voorliefde te ontwikkelen voor Italiaanse expresso. Je kan geen dorp zo klein binnenkomen of er staat een (al dan niet nagemaakt of originele) Italiaans expresso machine in de lokale staminee. Expresso en machiato zijn er razend populair. Wat de Ethiopische keuken betreft, je bent ervoor of je bent er tegen. Gelukkig was ik ervoor.


De oorspronkelijk cultuur van Kenia werd door de Engelsen als barbaars afgedaan en op culinair gebied werd de traditionele keuken afgeschaft wegens “barbaars” (mensenvlees) of “op” (wilde dieren, die buiten de safariparken nogal zeldzaam zijn. In het Noorden zagen we honderden Zebra's. Onze gids een Samburu wist te vertellen dat de Samburu geen Zebra aten (Invloed van de Engelsen ?). Hij zei erbij dat de Noordelijke buurstam, de Turkana (wonen vooral in de buurt van het Turkanameer) wel Zebra aten en dat als je naar het Turkana meer ging je dagen lang geen enkele Zebra zag.) De huidige Keniaanse keuken is dus op zijn best een afkooksel van de traditionele Engelse keuken. Je kan er tegen of je kan er niet tegen. Koffie is in Kenia onveranderlijk instant koffie. Je bent al blij als het originele nescafé is. De eerste dag in Moyale hadden we eerst een restaurant waar de keuze bestond uit Frieten of frieten. Die waren een uur of zo ervoor gebakken maar het vet nog eens opwarmen voor slechts 2 klanten was er duidelijk te veel aan. 's Avonds was er frieten met een stukje kip. Bonen was een ander traditioneel gerecht. Wat de keuken betreft was ik dan ook wat blij dat we Kenia achter ons gelaten hebben. In Nakuru troffen we voor het eerst Indiërs aan en een Indisch restaurant. Een geweldige opluchting voor mij.


Een van de eerste maatregelen van Museveni , de “democratische” leider van Oeganda, was om de Aziaten (vooral Indiërs) die van Idi Amin een “Dewinterke” cadeau gekregen hadden, terug te vragen. Er zijn er nogal veel teruggekomen en hier in Jinja heb ik minstens 5 Indische restaurants geteld en vandaag heerlijke Punjabi gerechten en echte Masala thee genuttigd. Wat dat betreft valt Oeganda voorlopig al een stuk beter mee dan ik gehoopt had. Hoe Oeganda over twee weken is meegevallen, als we alweer in Tanzania zijn hoor je dan wel.


Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!